web analytics

NEVEL

AN had deze metafoor voor L., dat paste geweldig!

Auteur Susan Smit, gepubliceerd met schriftelijke toestemming van Susan.

NEVEL

Avalon is een magisch eiland dat verborgen ligt achter ondoordringbare nevelen en alleen als die zijn opgetrokken kun je het eiland vinden. Maar de nevelen trekken pas op als je gelooft dat het eiland bestaat.

Zo is het ook met de wereld waarin we wonen, als je het mij vraagt. Ons verstand probeert ervoor te zorgen dat we alleen in het tastbare en het verklaarbare geloven, maar als we vertrouwen hebben in het bestaan van de niet-tastbare werkelijkheid, trekken de nevelen op en zien we de wereld voor wat hij is: een magisch, betoverd rijk.

Dat de wereld magisch is, geloofde ik al toen ik een klein meisje was. Alles om me heen had een symbolische betekenis die alleen ik kon duiden. Het wonderlijke leven met elfjes en kabouters dat ik in mijn nachtelijke dromen leidde, ging naadloos over in mijn bestaan overdag. Ze hadden zich dan misschien verstopt, die elfjes, maar ze wáren er wel.

Dat wist ik zeker. Blijkbaar ben ik nog steeds niet helemaal volwassen, want ook nu voel ik me omringd door schepselen die ik niet kan zien of aanraken.

Sommige mensen noemen die schepselen gidsen, entiteiten, overleden dierbaren of engelen, anderen noemen ze ronduit verzinsels, ik noem ze mijn ‘˜geestelijke vrienden’, mijn gabbers uit de andere dimensie, zogezegd.

Daaruit lijkt misschien niet al te veel eerbied te spreken. Dat klopt. Wat mij betreft hebben mensen veel te veel ontzag voor hun metafysische maatjes. Vanuit een soort misplaatste bescheidenheid houden ze een devote afstand. En dat terwijl beschermengelen en andere helpers het volgens mij best gezellig zouden vinden als ze wat vaker aan hun jasje getrokken worden. Waarom zijn we zo terughouden in het contact met onze begeleiders?

Het zal vast te maken hebben met de angst dat het hebberig en egoïstisch is, om je verlangens kenbaar te maken.

‘˜Kinderen die vragen, worden overgeslagen’ klinkt er in ons achterhoofd en daarom houden we beleefd onze mond.

Onze diepste wensen najagen, – daarmee bedoel ik niet die grote auto kopen, maar iets wat écht iets betekent – is niet narcistisch. Een mens kan nooit waardevoller zijn voor de maatschappij dan wanneer hij dingen doet met bevlogenheid en het leven leidt van zijn dromen. Dat is namelijk precies de reden waarom we op aarde zijn. Wat ook niet helpt om op goede voet te komen met onze kosmische weldoeners is de beperkende overtuiging dat wij mensen niet horen te rommelen met hoe de dingen lopen. Dat we ons willoos moeten onderwerpen aan Gods wil.

Nou, dat komt dan mooi uit, want God wil dat we ons ontwikkelen, dat we onze diepste verlangens werkelijkheid maken. We zijn geschapen om te scheppen. Dat vergeten we soms. En daarbij mogen we alle hulp gebruiken die we maar kunnen krijgen.

Paulo Coelho schreef al: ‘˜Als je écht iets wilt spant het hele universum samen om dat voor elkaar te krijgen’.

Dat is geen kwestie van manipuleren of afdwingen. Zelfs niet van bedelen.

Zie het als samenwerken. Verwend of lui is het ook al niet om je beschermengelen in te schakelen. Met achteroverleunen en wachten tot zij dingen voor elkaar boksen, kom je namelijk toch niet ver.

We kunnen vragen om innerlijke kracht, bescherming, kansen en dat krijgen we ook allemaal, heus, maar we zullen vervolgens zélf de benodigde stappen moeten nemen om te komen waar we willen zijn.

Het is aan ons om de mogelijkheden die voorbij komen te benutten. Kom zeg, we hebben niet voor niets een vrije wil gekregen.

Onze engelen helpen ons, maar mogen ons leven niet voor ons leiden.

Onze engelen bieden ons kansen, maar mogen niet voor ons kiezen. Anders zouden we niets leren in het leven.

Met mijn ‘˜geestelijke’ vrienden ga ik om zoals ik met mijn aardse vrienden omga: met waardering en respect, maar zonder geïmponeerd te zijn. Ik klop bij ze aan voor grote levenskwesties, maar ook voor het boeken van een pleziertripje. Ik deel momenten van vreugde met ze, want een vriend bezoek je toch ook niet alleen als je een probleem hebt?

Ik stel vragen en krijg mijn antwoorden op de manier die ik als meisje begreep en die ik nog steeds begrijp: in de vorm van symbolen. Om de creativiteit van die symbolen moet ik hartelijk lachen. Engelen hebben humor. Of dacht je dat er alleen gevoel voor humor op aarde bestond?

Ik probeer vertrouwen te hebben, niet ongeduldig te zijn, want dat is als steeds de oven openen om te kijken of het brood al gaar is, waardoor het daartoe nooit de kans krijgt.

En tenslotte bedank ik ze. Een kwestie van kosmische etiquette.

Maar laat ik eerlijk zijn: ook ik , die stiekem nog in elfjes gelooft, twijfel wel eens of mijn etherische gabbers wel echt bestaan. Dan vraag ik of ze zich kenbaar willen maken en vind ik prompt witte veertjes in mijn huis, schiet het licht vanzelf aan en krijg ik een boek over engelen van een vriendin cadeau. Wat een opluchting.

De nevelen trekken op en het magische rijk dat de wereld is wordt weer zichtbaar…

Auteur Susan Smit, gepubliceerd met schriftelijke toestemming van Susan.

0 reacties ↓

Nog geen reacties... Begin jij nu?

Reageer